Categorie archief : Geen categorie

  1. De meest voorkomende blessures tijdens de wintersport

    Geplaatst op

    Geblesseerd geraakt op wintersport?
    Voorkomen is beter dan genezen maar mocht het toch misgegaan zijn, dan helpen wij je graag om z.s.m. weer klachtenvrij te krijgen.

    De wintersport is voor velen van ons een vakantie waar men reikhalzend naar uitkijkt. Het beste scenario is om na wintersport zonder kleerscheuren thuis te komen. Helaas is dat niet voor iedereen weggelegd en komt gemiddeld 1 op de 17 wintersporters met een blessure thuis.

    Een boompje raken tijdens het afdalen, een botsing met een iemand op de piste of na een avondje Après-ski nog even die Frontside 360 proberen. Een kleine ongeluk kan al grote gevolgen hebben. Botbreuken, schouder luxatie of een spierruptuur komen veelvuldig voor tijdens wintersportvakanties. Hieronder een korte samenvatting van “De 5 meest voorkomende blessures tijdens de wintersportvakantie”.

    Collateraalligamenten

    De Collateraalligamenten staan ook wel bekend als de binnenste en buitenste kniebanden. De banden verlopen van het dijbeen naar het onderbeen en zorgen voor zijdelingse stabiliteit van de knie. Zowel de Laterale Collateraal Ligament-LCL als de Mediaal Collateraal Ligament-MCL bestaan uit verschillende structuren. Vaak ziet men dat als de MCL aangedaan is ook de mediale meniscus aangedaan is. Dit heeft te maken met de verbinding tussen de MCL en de mediale meniscus. Letsel in deze banden ontstaat vaak door een rotatie beweging tezamen met druk van zijkant op de knie. Een positieve Varus of Valgus test kan in de meeste gevallen uitsluitsel geven.

    Kruisbanden

    De twee kruisbanden verbinden het onderbeen met het bovenbeen. De voorste kruisband (Anterior Cruciate Ligament-ACL) en de achterste kruisband (Posterior Cruciate Ligament-PCL). De functie van de kruisbanden is het remmen van een voorwaarste of achterwaarste verschuiving van onderbeen ten opzichte van het bovenbeen. De meeste letsels aan kruisbanden ontstaan aan de ACL. Letsel aan een van de kruisbanden gaat vaak gepaard met een geforceerde overstrekking, zwik, verdraaiing of een combinatie hiervan. Vaak gebeurt dit door een val of botsing. De diagnose kan gesteld worden door een MRI, Arthroscoptie (kijkoperatie) of de Lachman test.

    Menisci

    Ons lichaam kent twee menisci, de binnenste meniscus (mediale meniscus) en de buitenste meniscus (laterale meniscus). De menisci werken als ware hetzelfde als schokdempers in een auto, tevens zorgt de meniscus ook voor het verspreiden van het gewrichtsvloeistof. Slotklachten in de knie zijn een vaak een symptoom van meniscus klachten. Meniscus letsel gaat vaak gepaard met letsel aan de ACL of MCL. Letsel ontstaat meestal door draaibewegingen. Hierbij gaat het om rotatie bewegingen van het onderbeen ten opzichte van het bovenbeen.

    Bovenarm

    Een bovenarm-breuk ook wel proximale humerus fractuur komt veel voor bij mensen die tijdens een val zich met een uitgestrekte arm willen opvangen. Dit kan soms samengaan met een sleutelbeenbreuk of een luxatie van de schouder. Kloppende pijn, zwelling of een fikste bloeduitstorting kunnen duiden op een fractuur. Middels een röntgenfoto kan de diagnose de juiste diagnose gesteld worden.

    Schouder

    Iedereen heeft weleens gehoord van de klassieke “schouder uit de kom”(schouderluxatie). De luxatie (uit de kom schieten) van de schouder gebeurt vaak door een val of een onverwachtse beweging. Bij Personen die al eerder een schouderluxatie hebben gehad is de kans op een tweede luxatie groter. Belangrijk bij een luxatie is het adequaat handelen, zoek iemand die EHBO is en de schouder zo terug kan plaatsen. Dit is erg belangrijk om ernstige schade aan de structuren in het rond de schouder te voorkomen.

     Skiduim

    Het armletsel dat het meest voorkomt tijdens wintersport is wel de skiduim. De skiduim kan ontstaan door het blijven hangen achter de skistokken of door een val, hierdoor verrekt of scheurt het ulnaire collaterale ligament. Als dit ligament scheurt ontstaat er instabiliteit in het duimgewricht. Als gevolg van lange instabiliteit in het ulnaire collaterale ligament kan er slijtage in het metacarpofalangeale (MCP) gewricht ontstaan.

  2. Fifty fit and free bij PT058

    Geplaatst op

    Vanaf een leeftijd of 25 jaar is er elk jaar sprake van ongeveer 1 procent verlies in spiermassa en spierkracht. In het geval van sarcopenie zorgt veelal inactiviteit voor het slinken van spieren. Bij ouderen, zieken en mensen die ondervoed zijn gaat dit vaak samen met een tekort aan eiwitinname. Spieren zijn opgebouwd uit eiwitten en hebben deze nodig om nieuw spierweefsel aan te maken.

    Er zijn meerdere voorbeelden. Tien dagen bedrust (zoals bij griep van vier tot vijf dagen) kan al zorgen voor 8 tot 10 procent verlies. Er zijn ook experimenten geweest waarbij 20- en 30-jarigen met een been in het gips werden gezet, waarna de verloren spiermassa in beide benen werd gemeten. Niet geheel onverwacht bleek dit bij het been in gips het hoogst.

    Gemiddeld 30 procent van de ouderen heeft sarcopenie. Maar deze percentages variëren sterk per leeftijdscategorie. Bij ouderen tussen de 65 en 80 ligt het tussen de 10 en 25 procent. Dit neemt fors toe bij ouderen boven de 80, tot zo’n 50 procent. Hoewel de verschillen miniem zijn, hebben mannen vaker sarcopenie dan vrouwen. Jongeren kunnen overigens ook sarcopenie hebben. Maar onderzoekers zeggen hierover dat zij het voordeel hebben dat ze sneller kunnen herstellen.

    Krachttraining

    De richtlijnen voor ouderen zijn recent herzien en geven aan dat er minstens 150 minuten per week bewogen moet worden. Onderzoekers benadrukken dat er in relatie tot sarcopenie nog geen bewijs is dat deze beweegrichtlijn positieve effecten oplevert. “De satellietcellen in het lichaam moeten geprikkeld worden om ervoor te zorgen dat spiercellen zich gaan delen en massa kweken. Dit bereik je vooral door intensieve kracht training.”

    Het is belangrijk om oefeningen te doen die uitdagend genoeg zijn. Een klein beetje over de grens gaan mag wel zodat je er “goede” spierpijn aan overhoudt. Dit gevoel is te beschrijven als een soort sluimerende pijn in de spieren na intensieve beweging. Essentieel daarbij is om tijdens het bewegen eiwitten in te nemen zodat de aanmaak van spiermassa wordt gestimuleerd.

    Met gerichte krachttraining beginnen kan lastig zijn, dus is het zinvol om je nu in te schrijven voor fiftyfitandfree. Dit is een krachttraining in groepsverband onder begeleiding van een personal trainer. Hij zorgt ervoor dat je oefeningen krijgt die je uitdagen. In de praktijk komt het weleens voor dat dit niet gebeurt, waardoor de krachttraining geen effect heeft.

    Aanmelden? Stuur een mailtje naar tijn@pt058.nl .

     

     

  3. Klaar met dit winterse weer?

    Geplaatst op

    Klaar met dit winterse weer? Nog even volhouden…

    Van voldoende zonlicht word je niet alleen vrolijk, maar ook vitaler. Vijf zonnige gezondheidseffecten hebben wij op een rij gezet. Dus bij zonneschijn ook in de winter, hup naar buiten!

    1. Minder botontkalking, betere conditie

    Een tekort aan vitamine D kan – vooral bij vrouwen na de overgang – leiden tot botontkalking en uiteindelijk tot botbreuken. Ook je spieren kunnen er slapper van worden. Daardoor neemt het risico op vallen toe. Bovendien ben je met minder sterke spieren eerder moe. Voldoende zonlicht op je huid zorgt voor voldoende vitamine D in je bloed. En dat zorgt weer voor gezondere botten, ­sterkere spieren en een beter uithoudingsvermogen. Hoe ouder je bent, des te moeilijker je huid vitamine D aanmaakt. Elke dag voldoende tijd buiten doorbrengen wordt dus steeds belangrijker.

    1. Minder kans op depressie

    Van de 50-plussers heeft 13 tot 15 procent depressieve klachten. Zonlicht kan dat in sommige gevallen voorkomen, zo ontdekte het VU medisch centrum. Het blijkt dat ouderen met een depressie een veel lager vitamine-D-gehalte in hun bloed hebben dan ouderen die zich vrolijk voelen. Zo’n tweederde van onze voorraad vitamine D maken we aan met behulp van de zon – de rest halen we uit onze voeding. Wie geregeld fietst, wandelt of in de tuin werkt, krijgt minder snel vitamine-D-tekort. Bovendien hebben het zogenaamde ‘blauwe licht’ van de zon – onderdeel van het zichtbare licht van de zon, dat alle kleuren van de regenboog bevat – én de UV-stralen waarschijnlijk ook een positief effect op je humeur.

    1. Minder kans op kankers & multiple sclerose

    Verschillende wetenschappelijke onderzoeken hebben bewezen dat mensen die regelmatig in de zon vertoeven, een kleinere kans hebben op darmkanker. Er zijn sterke aanwijzingen dat dit ook geldt voor de kans op non-Hodgkin-lymfoom, multiple sclerose (MS), prostaat- en borstkanker. Dat komt onder andere doordat je in de zon vitamine D aanmaakt. Een hogere vitamine-D-spiegel maakt het risico op deze vormen van kanker en MS waarschijnlijk kleiner. Maar dat is niet het enige. Het blauwe licht van de zon heeft een gunstige invloed op ons dag-en-nachtritme, dus op hoeveel en hoe goed je slaapt en hoe wakker en fit je overdag bent. Dat speelt wellicht ook een rol bij het voorkómen van deze ziekten. Voor een goed dag-en-nachtritme is het belangrijk dat je vooral ’s ochtends voldoende licht vangt. Het gaat hierbij niet om (zon)licht op je huid, maar het (zon)licht dat je via je ogen binnenkrijgt. Af en toe heftig zonnen op vakantie helpt niet; je hebt echt een dagelijkse dosis nodig van minstens een uur per dag.

    1. Lagere bloeddruk

    Er komt steeds meer bewijs dat de zon je bloeddruk langdurig kan laten dalen. Wetenschappers stelden vast dat dit niet komt door de ontspannende werking van de zon, maar door de ultraviolette stralen (UV-A). Wanneer proefpersonen onder een zonnebank gingen liggen met alleen warmtestraling, bleek hun bloeddruk na afloop niet noemenswaardig gedaald. Gingen ze onder een zonnebank met warmte- én UV-straling, dan was hun bloeddruk na afloop enkele uren significant lager. Dit effect blijkt nog langer aan te houden bij drie keer UV-bestraling per week.

    1. Rustigere huid

    Psoriasis is een van de meest voorkomende huidaandoeningen ter wereld. In Nederland hebben zo’n 350.000 mensen er last van. Hun huid is rood en schilferig en ze hebben veel jeuk. De zon brengt meestal verlichting. “Bijna iedereen met psoriasis die naar Zuid-Europa gaat en verstandig zont, komt terug met een gavere huid”, zegt dermatoloog Han van der Rhee. Hij is een van de meest vooraanstaande deskundigen als het gaat over de relatie tussen zonlicht en gezondheid. Hij schreef hierover de boeken Zonnen mag en Zonwijzer. “Bij mensen met psoriasis is de afweer verstoord. De ultraviolette stralen van de zon hebben hier een gunstig effect op. Ook eczeem wordt er rustiger van.”

     

     

  4. Recept voor een heerlijk bananenbrood!

    Geplaatst op

    INGREDIENTEN

    • 3 (rijpe) bananen
    • 50 gram ontpitte dadels
    • 3 eieren
    • 100 gram amandelmeel
    • 50 gram havermout
    • 1 ½ theelepel bakpoeder
    • Handje ongebrande noten (zoals walnoten/amandelen/pecan/hazelnoten, etc.)
    • Zout

    BEREIDING

    1. Verwarm je oven voor op 175 graden.
    2. Meng de bananen met de dadels in je keukenmachine tot een glad beslag. Dit kan ook met een staafmixer.
    3. Als je ook havermout gebruikt: ‘verpulver’ dan de havermout in je keukenmachine tot meel.
    4. Klop in een andere kom de eieren luchtig op en voeg wat zout toe. Meng dit met het de bananenpuree.
    5. Voeg het amandel- en havermoutmeel toe aan het beslag en roer het goed door.
    6. Voeg hieraan ook het bakpoeder toe en meng tot een glad beslag.
    7. Roer tot slot de ongebrande noten erdoor.
    8. Giet het mengsel in de cakevorm en zet in de oven. Bak je bananenbrood in 45-50 minuten af.
    9. Als de bovenkant van de cake te donker wordt, dek dit dan af met bakpapier.
    10. Check of je bananenbrood gaar is door er een satéprikker in te prikken. Is deze schoon en droog als je ‘m er uit haalt? Dan is je brood klaar.
    11. Laat de cake afkoelen op een rooster.
  5. Probeer dit recept eens!

    Geplaatst op

    Probeer dit recept eens! Eiwitrijk, gezond en super lekker!

    Ingrediënten

      • 350 gram kipfilet
      • 3 teentjes knoflook
      • 4 meergranen wraps
      • 1 ui
      • 70 gram bloem
      • 4 el ketjap
      • 1 el sambal
      • 125 gram taugé
      • 1 el azijn
    • snufje bruine basterdsuiker

     

    Bereiding

    1. Snijd de kipfilet in reepjes en doe deze samen met de bloem en 1 geperst teentje knoflook. Bak de kipfilet vervolgens in een pan met olie goudbruin gaar. Laat de kipfilet uitlekken op keukenpapier.
    2. Snijd de ui in grote ringen en bak deze in dezelfde pan glazig. Voeg de rest van de knoflook, de sambal, ketjap, azijn en het snufje bruine suiker toe. Breng dit geheel aan de kook en voeg dan de taugé toe. Laat het geheel nog 2 minuten sudderen.
    3. Voeg daarna de kip toe en haal de pan van het vuur. Warm de tortilla’s op volgens de verpakking. Beleg de tortilla’s met het kipmengsel. Eet smakelijk!

     

     

     

     

     

  6. Een oefening voor je buikspieren!

    Geplaatst op

    Voor deze oefeningen heb je een optrekstang nodig en deze hebben wij in onze oefenzaal! Door aan de optrekstang te hangen, en vanuit de volledig gestrekte hangpositie de benen gestrekt omhoog te bewegen, is het een ware ‘’killer’’ voor de buikspieren en de psoas major, oftewel de ‘heupbuiger’.

    Hoe voer je deze oefening uit:

    • Ga hangen aan de optrekstrang en strek je helemaal uit.
    • Wanneer de benen helemaal gestrekt zijn is het de bedoeling dat je je benen voorwaarts omhoog gaat heffen. Zorg er hierbij voor dat je de beweging gecontroleerd uitvoert en een ‘’zwaaibeweging’’ voorkomt.
    • Laat de benen vervolgens weer rustig zakken en kom terug in de beginpositie.

     

    Succes!

  7. Je leefstijl veranderen? Hoe doe je dat?

    Geplaatst op

    1.Eén ding tegelijk aanpakken
    Als je gezonder wilt eten en meer wilt bewegen en dat tegelijkertijd wilt veranderen, kun je gaan ervaren dat dat een onmogelijke klus is. Waarom? Niet omdat je deze twee punten niet kunt veranderen, maar omdat je twee dingen tegelijk wilt doen. Vraag niet te veel van jezelf en maak kleine stapjes voorwaarts. Dus hierbij geldt: eerst het ene aanpakken en dan pas door naar het volgende. Begin met het makkelijkste en zet door; dat geeft zelfvertrouwen.

     2. Maak kleine stapjes in plaats van grote stappen
    Wanneer je te snel te veel van jezelf vraagt en probeert om alles meteen goed te willen doen, dan raak je hoogstwaarschijnlijk teleurgesteld. Dus zorg ervoor dat je verbeterpunten in makkelijkere stukken opdeelt. Belangrijk hierbij is om te bedenken wat je al wel kunt in plaats van wat je niet kunt. Zo is het bijvoorbeeld nogal veeleisend om van jezelf drie keer per week naar de sportschool te moeten als je nog nooit gesport hebt. Een makkelijker doel is dan om bijvoorbeeld drie keer per week tien minuten te gaan wandelen en zo op te bouwen of onder professionele begeleiding te gaan sporten. Maak sporten leuk of laat het leuk voor je maken door ons.

    3. Focus op het positieve
    Menseigen is om te focussen op alles wat fout gaat en dat te willen verbeteren. Maar draai het eens om: focus op het positieve en neem dat als uitgangspunt om de minder goede punten beter te maken. Minder in je zwakte zitten, meer in je sterkte. Een mooi voorbeeld is wanneer iemand zegt van lekker eten te houden en daardoor denkt nooit te kunnen minderen met de bourgondische levensstijl. Deze persoon kan deze zwakte positief maken door te zeggen: ‘ik houd van eten en ben goed in proeven’. Door alles heel bewust te proeven en echt te genieten van het eten buit je deze zogenaamde zwakte uit en eet je opeens ook nog met meer aandacht je eten op. Dat zorgt voor meer voldoening en verzadiging.

    4.Maak van verbeterpunten gewoontes
    Als je er een gewoonte van maakt om volkorenpasta te eten in plaats van witte pasta, dan wordt het op een gegeven moment een vanzelfsprekendheid waar je niet meer over hoeft na te denken. Als bewegen in het weekend iets is wat je standaard doet, maar doordeweeks niet, vind dan manieren om dit patroon te doorbreken. Probeer er ook doordeweeks een gewoonte van te maken om te bewegen. Neem bijvoorbeeld de fiets naar werk als dat tot de mogelijkheden behoort of doe de boodschappen wandelend.

    5. Kijk naar je omgeving
    Leef jij in een huishouding waarbij de gezonde dingen vooraan in de koelkast staan? Of is dat juist het tegenovergestelde? En hoe is dat op het werk? In wat voor omgeving bevind jij je? Staat er altijd een pot drop voor het grijpen of staat er een fruitschaal op het bureau? Ga eens na wat de omgeving voor jou doet en of deze je helpt je doelen na te streven. En bedenk ook eens hoe mensen in die omgeving jou kunnen stimuleren hierbij. Besef dat een zwak moment niet altijd alleen maar bij jezelf ligt. Het is soms best moeilijk om de wilskracht te tonen als een collega je altijd een stuk taart aanbiedt. Een tip: zeg NIET tegen je collega: ‘jij helpt me niet bij het behalen van mijn doelen omdat je me altijd taart aanbiedt’, maar WEL: ‘wil je me helpen om te zorgen dat ik taart laat staan en voor een gezondere maar wel lekker alternatief ga?’. De laatste manier is veel positiever en nodigt de ander uit om met je mee te denken.”

    6. Praat en leg uit
    Op het moment dat je aan een nieuw hoofdstuk in je leven begint, namelijk een gezondere en fittere leefstijl, dan is het heel belangrijk om je omgeving daarover in te lichten. Vergeet daarbij vooral niet om je bedoelingen daarbij goed duidelijk te maken. Wat wil je bereiken en hoe hoop je dit te gaan doen? En schroom niet om mensen om hulp te vragen. Er zijn genoeg die graag willen helpen en mee willen denken over hoe dat het beste kan.”

    7. Vraag wat iemand anders belangrijk vindt
    Misschien is wel een beetje een verwarrende tip, maar toch best wel belangrijk. Als je bijvoorbeeld aan je partner uitlegt dat je minder wilt gaan snoepen, maar het zo brengt dat hij of zij eigenlijk ook niet meer mag snaaien, dan stuit je op meer verzet dan wanneer je vraagt wat de ander belangrijk vindt waar jij aan kan bijdragen. Probeer een gulden middenweg te vinden, zodat jullie allebei tevreden zijn.

    Succes! Maak voor meer advies en hulp een afspraak bij de personal trainer. Mailen kan altijd naar: info@pt058.nl

     

  8. Blijf niet lopen met een lopersknie!

    Geplaatst op

    Blijf niet lopen met een lopersknie!
    (Iliotibiaal frictiesyndroom)

    Hardlopen is een zware sport voor je knieën. Bij elke pas moeten ze twee à drie keer je lichaamsgewicht opvangen en daardoor willen ze wel eens gaan protesteren. Een blessure die vaak voorkomt bij sporters die veel kilometers maken, is de zogenaamde lopersknie. Wat is dat precies en hoe zorg je ervoor dat je weer soepel kunt lopen?

    Een lopersknie voel je aan de buitenzijde, net boven de knie. Tijdens het sporten gaat de buitenste knieknobbel geleidelijk pijn doen, tot deze zo steekt en brandt dat je wel moet stoppen. Het doet vooral zeer tijdens het landen, als je je voet op de grond zet. Voor en na het sporten of als je rustig wandelt, heb je er meestal minder last van.

    Heb je ook knieklachten en wil je advies en/of een afspraak inplannen? Fysio 058 heeft ervaren (sport)fysiotherapeuten die je graag weer zo snel mogelijk fit helpen. Neem gerust contact met ons op!

    Tel.: 058-750 17 35
    Mail: info@fysio-058.nl

  9. Recept; Een pasta ovenschotel

    Geplaatst op

    Ingrediënten

    • 150 gram volkoren (spelt) pasta
    • 1 grote aubergine
    • 2 trostomaten
    • 1 pakje sugo (390 gram) (of zelf maken)
    • 2 teentjes knoflook
    • 1 ui
    • 1 bol mozzarella
    • 1 el tijm
    • 1 el oregano
    • verse basilicum
    • peper en zout

    Bereiding

    1. Verwarm de oven voor op 220 graden. Snipper de ui en hak de knoflook fijn. Snijd de tomaten en aubergine in plakken (door de lengte).
    2. Verhit een (saus)pannetje met olijfolie en fruit de ui, knoflook, oregano en tijm een minuut aan. Voeg vervolgens het pakje sugosaus toe en verwarm 5 minuten op laag vuur. Blijf roeren.
    3. Smeer een ovenschotel licht in met olijfolie en bedek de bodem met de ongekookte pasta. Verdeel de helft van de tomatensaus over de pasta en bedek vervolgens met een laag plakken aubergine en tomaat.
    4. Verdeel hier vervolgens de rest van de saus over en eindig met een laag plakken aubergine en tomaat. Besprenkel wat olijfolie over de bovenkant van de schotel, zo kan de aubergine en tomaat lekker grillen.
    5. Bak de schotel 20 minuten in de oven. Haal uit de oven, verdeel plakken mozzarella over de schotel en bak nog 5 minuten in de oven.
    6. Haal de ovenschotel uit de oven en garneer met verse basilicum en eventueel nog wat oregano en/of tijm.

  10. De ‘hip thrust’

    Geplaatst op

    Hip thrust! De hip thrust, letterlijk vertaald ‘heupstoten’, is een van de beste oefeningen voor je billen. De oefening wordt meestal uitgevoerd met een lange halterstang (barbell), maar je kunt haar in principe ook met een dumbbell, kettlebell of gewoon op lichaamsgewicht doen. hoe voer je die uit?

    1. Leg een stang neer met een heupband om je heup te beschermen.
    2. Plaats een bankje achter de stang en ga er tussen zitten. Zorg ervoor dat het bankje deze stevig staat. Verstevig het eventueel met gewicht of zet het tegen de muur.
    3. Ga op het bankje liggen met je schouderbladen en zet je voeten recht voor je neer.
    4. Leg de stang boven je schaambot.
    5. Bij de startpositie adem je in, span je de buikspieren aan en breng je het gewicht omhoog door je bilspieren aan te spannen.
    6. Let er op dat je knieën een hoek van 90 graden hebben als je volledig omhoog bent gekomen. Dit bepaal je door iets verder of dichterbij te komen.
    7. Span bovenin goed je bilspieren aan en houd de positie een seconde vast.
    8. Let er op dat je rug niet overstrekt (hol trekt). Maar kies voor een neutrale rugpositie met aangespannen buik- en bilspieren.
    9. Breng de stang gecontroleerd terug waarbij je billen net niet de grond raken en herhaal de beweging.
    Voor een complete ontwikkeling van je onderlijf adviseren we om zowel squats, deadlifts als hip thrusts te doen. Squats zijn superieur voor spiergroei in de quadriceps. En een recente Noorse EMG studie toont aan dat deadlifts superieur zijn voor de hamstrings en hip thrusts voor de bilspieren